Net 15 was ik toen, totaal geen verstand van dames. Nooit aandacht gekregen, en altijd gezien als aanhangsel van mijn beste vriend, destijds de populairste jongen van de school. Zo ook op een vrijdagmiddag, school was net uit. Die avond was er een hockey feest en er werd van ons verwacht dat we de alcohol zouden regelen. Ik had een iets te grote mond, want om me te bewijzen had ik mezelf naar voren geschoven als iemand die dat wel even zou regelen. Stom. De campagnes van ‘alcohol onder de 16, nog even niet’, waren net gelanceerd, en supermarkten en slijterijen waren als de Gestapo zo goed om het beleid uit te voeren. Zo ook die vrijdag. Mijn maat en ik stapten de Jumbo binnen. Nooit eerder hadden we opgemerkt hoeveel alcohol er in de schappen stond. We liepen meestal door naar het vak met de Roze Koeken en de Cola. Hoe dan ook, 2 flessen Pasoa, en 20 blikken Hertog Jan later, strompelden we met de buit naar de kassa. We kozen een caissière uit die nog meer pukkels had dan ik destijds, iets wat bijna niet kon, maar toch. Met een kleine trilling in zijn hand, gaf mijn kornuit 30 gulden aan de dame. Deze pakte het met een verveelde blik aan, sloeg wat knopjes aan, en legde het geld in de kassa. We schreeuwden van binnen van blijdschap, toen we de boodschapjes inpakte.
Opeens stond ze daar. Ik stopte met inpakken terwijl ik een fles Pasoa vasthad. De mooiste meid die ik destijds ooit had gezien. Haar lange bruine krullen vielen sierlijk over de rug van haar Jumbo-outfit. Ik schatte haar op een jaar of 16. Op haar naambordje stond: ‘Zara’. Ik was compleet verliefd, maar wist me te vermannen. Met al mijn moed sprak ik haar aan, met een geoefend zinnetje, die al 1000den keren door mijn hoofd was gegaan; ‘Is het hier heet, of ligt het aan jou?’. Het klonk zoveel beter in mijn hoofd. Tot mijn stomme verbazing moest ze lachen, en we raakten aan de praat.
Met een volle tas liepen ik en mijn partner in crime richting de uitgang. Met een triomfantelijk gezicht riep ik ‘Het is gelukt! Het is gelukt!’. Dat had ik beter niet kunnen doen. 2 grote sterke handen pakten ons bij de schouders. ‘Komen jullie maar hier, mannetjes. Ik had meteen door dat jullie nog geen 16 waren’. Het was de supermarktmanager. Een kale dikke man met een bezweet voorhoofd. Ik draaide me om, en keek hem recht aan. Ik hield een papiertje voor zijn ogen met daarop een 06-nummer. ‘Dit is gelukt, fatso. Het telefoonnummer van die dame daar’. Ik wees naar Zara, en knipoogde naar haar. We draaiden ons resoluut om, en renden naar buiten.
Eenmaal buiten zou mijn leven nooit meer hetzelfde zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Ik ben altijd benieuwd naar reacties van lezers, goed of slecht, maakt niet uit. Doe het hier.