dinsdag 25 mei 2010

Waarom je je studententijd moet koesteren...

Dinsdagmiddag, lunchpauze bij een nietszeggend Marketingbedrijf in een nietszeggend lelijk betonnen gebouw in een nietszeggende stad.

'Zucht.. dit schiet ook voor geen meter op!', denkt Wim als hij in een rij met zijn iets te dikke, verveelde collega's staat te wachten op de verlepte soep van de dag. Stukje bij beetje schuifelt de polonaise langs gekoelde vitrines met fruit dat net iets te oud is, melk die doet denken aan die gore schoolmelk van vroeger en de gesneden boterhammetjes waarbij zelfs Aldi-broden voedzamer lijken. Met een vinger maakt Wim zijn stropdas wat losser. Zelfs aan airconditioning is niet gedacht in dit trieste gebouw. Voor hem staat een man die nodig een nieuwe blouse kan gebruiken. Natte plekken worden zienderogend groter onder zijn oksels. Vergezelt door een penetrante geur schuifelt het gezelschap centimeter voor centimeter dichter bij de verlepte caissière die klaarblijkelijk de zin van het leven 30 jaar geleden heeft opgegeven.

Het is maar goed dat er een bordje bij de grote soep-van-de-dag-pan staat. Zonder aanwijzing kan niemand vertellen dat dit papje (waar menig heks trots op zou zijn) erwtensoep moet voorstellen, en dus pakt Wim snel een klef wit broodje met een 3 uur oude kroket. Bij de kassa legt hij ook nog snel een pakje sinaasappelsap bij zijn bord. Niet omdat hij gezond wil doen, maar omdat het broodje met normaal kauwen niet weg te krijgen is.

Eenmaal uit de rij propt Wim het broodje kroket in zijn mond, kauwen is toch nutteloos, en spoelt het weg met een paar flinke slokken sinaasappelsap. Als hij door de schuifdeuren naar buiten loopt voor een sigaret, ziet hij niemand staan. Maar beter ook. Wim houdt niet zo van mensen. Dat was vroeger wel anders, in zijn studententijd. Met de sigaret op zijn lip, neemt hij zijn eerste hijs en kijkt een beetje schuin naar boven. Zijn gedachten dwalen weemoedig af naar betere tijden.

Naar de vier jaren vol vrouwen, bier, vermaak, en zonder enige vorm van autoriteit. Naar de tijd die hij doorbracht met zijn studievrienden. Tijd die hij toen gewoon nog had. Waar het niet uitmaakte dat je een uurtje college verzaakte omdat je bed, net zoals die knappe eerstejaars naast je, nog zo lekker warm was. Zou hij nu eens moeten proberen. Zowel je baas als je vrouw boos.

Dan schiet het pijnlijke feit Wim door zijn hoofd. Hij moet nog 32 jaar, eer je een fractie van het plezier van je studententijd over mag doen in je pensioen. Hij draait zich om, en verdwijnt door de schuifdeuren van het betonnen monster.

1 opmerking:

  1. Ik denk dat het is en beetje te moeilijk voor mij. Ik begrijp niet precies wat naar Wim gebeurten, maar ik heb enige nieuw werden geleerd.

    Is dit verhaal over je? Ben je Wim en wil je tot 32 jaren studeren?

    Ik heb veel fouten, ik weet!

    BeantwoordenVerwijderen

Ik ben altijd benieuwd naar reacties van lezers, goed of slecht, maakt niet uit. Doe het hier.