zaterdag 13 november 2010
[Review] Paul Gilbert in Atak!
Deze uitspraak over master-shredder Paul Gibson zou zomaar eens kunnen kloppen. De gitaarvirtuoos wordt in een adem genoemd met grootheden als Steve Vai en Yngwie J. Malmsteen . Zijn techniek en snelheid worden geroemd, en is voor vele het ultieme voorbeeld, te zien aan de ontelbare hits op Youtube. Een gegeven dat in deze tijd goed is voor een onsterfelijke status.
Gelukkig komt de 'baby-killer' ook langs in Enschede, samen met Zoetermeer de enige 2 steden die de eer hebben om het gitaargeweld te mogen aanschouwen. Ondanks dat de show niet uitverkocht was, zat de zaal goed vol met een gemengd publiek. Veelal mannelijk, maar een sterke variatie in de leeftijd. Racer X, waar hij gitarist van is, was in de jaren 80 een erg succesvolle band, maar ook zijn solo albums van de laatste jaren mochten op flink wat populariteit rekenen.
Met een no-nonsense attitude kwam Paul Gilbert en zijn band het podium op, om meteen de show goed af te trappen. Geen 'it's good to be here', maar gewoon doen waar je goed in bent. Iets wat zeer gewaardeerd werd door het publiek, en uw razende reporter. De balans tussen oud werk, en nummers van zijn recente CD's was alleraardigst, al was het contrast soms iets te scherp. Natuurlijk bleef het qua technisch gitaarwerk goed bij elkaar, de zang was op momenten ernstig te noemen. Noem het persoonlijke voorkeur, maar de boyband achtige vocals en dito tekst pasten niet bij de heerlijke solo's, en de gehele indruk van de avond. Gelukkig bleef het bij 2 nummers, waarbij het publiek ook duidelijk minder enthousiast was. Dit werd ruimschoots goedgemaakt door de rest van de set. De heerlijke klassieker 'Technical Difficulties' knalde er ontzettend hard in, met een publiek dat glimlachte van oor tot oor. De bezoekers waren niet al te uitbundig, maar dat krijg je als je wordt weggeblazen door de knotsgekke riffs.
Ook erg sterk van Gilbert waren de 'battle's' met zijn mede gitarist, die elkaar tot steeds grotere hoogte probeerden te spelen. Zijn 'Padawan' kwam goed mee, maar als je naast de grootmeester staat heb je ontzettend grote schoenen om te vullen. Desondanks was zijn gitaarwerk van een erg hoog niveau, afgewisseld met redelijk standaard slaggitaarwerk. Ook het bespelen van de gitaar met de tanden is absurd, maar klonk verrassend goed. Of het goed is voor je gebit is een ander verhaal, maar dat kon ze niet deren. Het was overduidelijk dat Paul Gilbert ontzettend veel plezier beleeft aan het bespelen van zijn instrument. 'Best job in the world' volgens hem. En gelijk heeft 'ie.
Op de drum- en baspartij was weinig aan te merken. Voornamelijk bedoeld als basis voor het gitaarwerk van Gilbert, zat het goed in elkaar. Heerlijk ondersteunend, maar zeker niet ondergeschoven door de rest. Het complementeerde elkaar erg goed.
Resumerend was het een hele sterke set, waarbij het gitaarwerk van Gilbert de boventoon voerde. En daar kom je uiteindelijk voor, om de meester aan het werk te zien. Want dat is het, een icoon, een held, een gitaargod.
En er is gelukkig geen schade berokkend aan baby's tijdens de show.
woensdag 27 oktober 2010
Studeren, Haat en Liefde hand in hand...
Het is nog pik donker als om 07:30 de wekker aanspringt, en de commerciële rotzooi van 3FM vanuit de ether de koude slaapkamer in wordt gepompt. Dat uitgerekend Justin ‘ik-heb-nog-geen-fuck-meegemaakt-in-mijn-leven-maar-toch-zing-ik-erover’ Bieber te horen is, moet haast wel een slecht omen voor de rest van de dag zijn. Met een dreun op de snooze knop van de radio, en een virtuele ram richting Bieber, dommel ik weer weg. Al is me die oase van luiheid niet gegund, want als een hert in koplampen schiet ik overeind. Tentamens!
Met een boterham in mij mond en ongekamd haar stap ik de gevreesde No. 9 in. De vrees is ongegrond want de bontkraagjes hebben herfstvakantie. Dus geen overvolle bus met klote tuig richting het MBO in Hengelo. Natuurlijk is niet iedereen op het MBO een rotkind zonder manieren, maar diegene die bus No. 9 gebruiken wel. Period. Die koters zijn erger dan de stickerkiddo’s bij de Appie die de rechterhelft van FC Twente nog zoeken. Maar vandaag zijn ze er dus niet, en er is zowaar een plek om te zitten.
Een beetje zenuwachtig voor de komende uren, kijk ik door de beslagen ramen van de bus naar buiten. Hordes mensen in auto’s, wachtend voor stoplichten, op weg naar een nieuwe dag uitbuiting en onderdrukking (i.e. werk). Geen enkel vrolijk gezicht zit ertussen. Waarschijnlijk ook Bieber gehoord toen ze op stonden.
Ik deel een soortgelijk lot, als we straks zo dadelijk met honderden soortgenoten een stinkende gymzaal in worden gehoedert, om nietszeggende weetjes te reproduceren op papier. Een kunstje te flikken. Want daar komt het op neer, zeker bij dit te tentamineren vak, waarbij de docent zelf het bijbehorende boek heeft geschreven. Als je zijn visie op zijn manier in zijn toegestane hoeveelheid woorden weet te formuleren, dan ben je ‘geslaagd’. Wat dat dan ook moge betekenen.
Ik stond dus ook na 30 minuten al weer buiten. Met een nagenoeg leeg tentamenblaadje bij de ‘toezichthouder’. Als eerste. Helaas krijg je daar geen Credits voor. Tentamens om 08:45 zijn ook gewoon niet mijn ding. Ik heb liever multiple choice. En de zaal stinkt. En iedereen was aan het hoesten. En de koffie kwam niet snel genoeg langs. Eigenlijk had ik gewoon beter moeten leren..
Met een driftige kop sta ik te wachten op de bus naar huis, als ik via mijn telefoon op de blog van 2 studievrienden kijk. Die zitten met hun snikkel in de champagne op de stranden van Chili. Chili is nagenoeg 1 groot strand, te zien aan de vele foto’s die de heren maken tijdens hun ‘studiereis’. De vergelijking van de strakblauwe lucht op de foto’s met de grauwe grijze wereld die Nederland heet is confronterend.
Maar eerlijk is eerlijk, ik ben gewoon jaloers. Jaloers op het feit dat mensen wel wat van hun studie maken opdat ze in Chili, of een ander tropisch land, kunnen studeren. Het ligt niet aan Justin Bieber, het tentamen, de gymzaal, het vroeg opstaan of de bus. Studeren is hard werken, zowel hier, als overzee. Studeren is niet altijd even leuk, maar juist door een zeur-column zoals deze krijgt de positieve kant van studeren extra glans.
Freek en Stefan, bedankt! Ik blijf de reisverhalen en foto’s volgen, keep them coming, zodat ik mezelf door de aankomende winter en tentamens heen kan slepen met een glimlach. =]
dinsdag 5 oktober 2010
Over verspilling en onlogisch gedrag...
Het begon allemaal met een onschuldige trip naar de supermarkt. Er moest immers bier gehaald worden (student, je weet). Omdat de Plus de dichtstbijzijnde supermarkt in de omgeving was, besloten we deze grossier te gebruiken als leverancier van het eindproduct (mijn excuses, dit stukje heeft een bedrijfskundige insteek qua bashen betreft, je bent bij deze gewaarschuwd). Zodoende, fiets op slot, roltrap af, hekje door, gelijk naar het biervak. Drie six-packs Bavaria (don't hate me know, 2,49 voor 6 heerlijke biertjes (student, je weet)) later, op weg naar de kassa. 4e in de rij, kassa erbij kennen ze helaas niet, mocht de pret niet drukken. Eenmaal aangekomen bij de lieftallige kassière (die er nog maar een week werkt, ik kan het weten, had haar min of meer belachelijk gemaakt omdat ze het knopje van subtotaal niet kon vinden op haar eerste werkdag, ik ben slecht, ik weet, ik weet) vroeg ze, na alles prima ingescand te hebben, of ik het bonnetje wilde die ze in haar hand naar me aanreikte. Euuuh, nee.. je hebt een schermpje waarop ik de prijs kan nachecken die je scant, en optellen van 3 getallen lukt me nog net wel. Dus nee, ik hoef je fucking bon niet. 'Oke, fijne dag nog' zegt ze met een monotone en haast verveelde stem, terwijl ze het bonnetje verfrommelde en in het bakje naast haar arbo-verantwoorde stoel smeet. Die al vol ligt met meerdere verfrommelde lotgenoten. 'Waarom vraag je niet eerst of ik een bon wil, voordat je die bon uit print?' vroeg ik haar, eerlijk en oprecht. 'Dat ding wordt sowieso uitgeprint, maar als ik hem niet wil, dan is het toch een beetje zonde van het papier, niet?' Ik zei het er maar bij om mijn vraagstelling te verantwoorden. De enige reactie was een blik in haar ogen die ik herkende van mijn eigen supermarkt tijd (wie kent het niet). Een verveelde blik. Teveel uren werken, en te weinig pauze om een sigaretje fatsoenlijk op te roken staarde mij door 2 ogen aan. Verder geen reactie. Ik nam het haar niet kwalijk, ze was ook niet de persoon om tegen te rellen.
Met het heerlijkste bier ooit (sorry) onder mijn arm liep ik peinzend richting de uitgang. Vanuit verschillende standpunten vond ik het totaal niet kloppen. Op mijn linkerschouder zat mijn groene ik, die het doodzonde van het papier vond, en de bomen die daarvoor gekapt waren. Mijn rechterschouder was voor mijn bedrijfskundige ik, die het verspilling van kapitaal vond. Als (hypothetisch gezien) 7 van de 10 klanten geen bon willen, dan heb je toch 7x een bonnetje voor niets uitgeprint? Dat is toch puur en alleen complete verspilling? HE-LE-MAAL nergens voegt het onnodig uitprinten van bonnetjes ergens aan toe. Aan niets niet. Niet aan je omzet en niet aan een beter milieu. Het lost de honger in de wereld niet op, je zet er geen man mee op Mars, Aspen Valley blijft er kut om. Kortom, compleet nutteloos. Maar je betaald er wel voor, als supermarkt, maar indirect ook als klant. 100.000 rollen voor bonnetjes zijn toch niet gratis? Overtuigd dat ik nieuwe stof had voor een column die toch niemand leest liep ik de roltrap op. Naast me stond een winkelwagen met 4(!) vuilniszakken vol uitgeprinte bonnetjes die niemand wilde hebben.
Het kost alleen maar geld. Geld dat wordt weggesmeten. En het milieu wordt er niet beter van. Klaar, simpel, helder. Iemand die een goede reden voor deze verspilling kan bedenken, alsjeblieft, laat het me weten.
De wereld is raar.
donderdag 30 september 2010
Vrijheid blijheid of geforceerd vermaak?
Te beginnen met een introductie van de tent der verdoemenis.
Aspen kent zijn hoogtij dagen op de donderdag en zaterdag. Studententent door de week, waar het weekend voor het jongere uitgaanspubliek is. Brallers, brassers, feuten, eindbazen, 15-jarige BrE3ZaHs en Justin Bieber fucktards. Op zaterdag staat er ook simpel tuig tegen de bar. Op woensdag is de tent trouwens gereserveerd voor het HBO en de UT, met vage themafeesten. Waar niemand bij komt opdagen.
De aankleding binnen is verzorgd door een Beierse timmerman met één hand zonder adequate opleiding. Aprés Ski-stijl heet dat. Er wordt gesuggereerd dat er Grolsch uit de tap stroomt, maar het vage, pisgele goedje blijft onderwerp van discussie. Het artificiële laagje ‘schuim’ lijkt regelrecht uit de spoelkeuken te komen. Die hebben ze trouwens niet eens, een keuken, het bittergarnituur komt van de snackbar om de hoek.
Dan de muziek, of eigenlijk het gebrek daaraan. Ik ben geen muziekkenner, maar 30-seconden samples van nummers horen eerder thuis in de I-tunes store dan in een club. Snap ze ook wel hoor, als je langer dan een halve minuut een artiest draait moet je rechten betalen. En dat gaat ten koste van de bottom-line. Ook de diversiteit van de genres die voorbij komt zal je verbazen. Mix alle Hitzones 1 t/m78 samen met alle Thunderdome albums en je krijgt een idee van de mengelmoes. Volgens het personeel willen ze zich niet conformeren aan een bepaalde muziekstijl per avond. Nee, Nirvana back-to-back met de gebroeders Ko staat lekker op je flyers.
Goed, ook al is de muziek zware bagger, het is dansbaar. Zou je denken. Niet in Aspen. De Beierse timmerman schijnt het leuk te hebben gevonden om op elk meest onlogische plekje een trappetje te bouwen. Of vage doorgangen, met rare hekjes en kniehoge opstapjes. Geen wonder dat er een paar jaar geleden iemand (weliswaar met zijn dronken kop) van de trap gedonderd is en zijn nek brak. Hoe dan ook, dansen is in deze Wipe-out constructie uitgesloten. De trechter naar de draaibar zorgt ervoor dat je constant ass-to-cock staat. Bij iemand van het vrouwelijk geslacht zou ik daar geen problemen mee hebben, maar de ratio m/v is 9/1. You do the math. Mocht je toevallig de goede 30 seconden van je favoriete liedje horen, hou je dan toch een beetje in. Voor de uitsmijters lijkt dansen verdacht veel op vechten in de drukte, en sta je zo buiten.
Ik kan deze bash eigenlijk nog wel een paar pagina’s doorzetten, maar mijn punt is hopelijk duidelijk. Vandaar mijn vraag aan de mensheid: ‘Waar in (voeg hier de naam van je favoriete god toe)- naam zijn we mee bezig?!’ Hoe kan het toch dat we in een zo geroemde ‘vrije maatschappij’ we ons vrijwillig als beesten in de meest verrotte stinkende hokken die we ‘clubs’ noemen begeven? Alles onder het motte ‘lekker uitgaan, heerlijk ontspannen, Woohoe weekend’. Vraag jezelf dan eens af, als je op zondagmiddag wakker wordt, al dan niet met een kater, en/of met een lelijke dame naast je, terwijl je er meer geld erdoorheen gejaagd heb dan nodig was; Is er niets leukers/nuttiger/goedkoper/educatiever te vinden om te doen met onze toch al zeldzame vrije tijd?
We zijn niet ‘vrij’ zolang we elke woens-/donder-/vrij-/zaterdag in tenten staan zoals Aspen en teveel geld betalen voor een zo iets simpel goedje als bier.
Slaven van horecabazen zijn we. Niet meer niet minder.
maandag 30 augustus 2010
'Daar gaat ze...'
Een zoveel schoonheid heb ik nooit verdiend
Daar staat ze
Een zoveel gratie heb ik nooit gezien
Als er een nummer geschikt is om te omschrijven hoe studeren in de Universiteitsbieb er aan toe gaat, dan is het dit nummer wel van Clouseau. Sowieso is dit nummer een regelrechte ode aan het vrouwelijke ras, waarvoor mijn hulde. Kan het zelf niet beter omschrijven. Maar hier in de bieb gaat het om het meervoud, waar Koen Wauters het over een enkele dame heeft (die waarschijnlijk kei- en kei- hard zijn hart heeft gebroken, anders schrijf je niet zo'n goed nummer, maargoed.).
In een vlaag van bewustwording in de ochtend pak ik weleens mijn tas in, om een dagje in de bieb te gaan studeren. Helaas duurt deze openbaring niet al te lang, want zodra mijn fiets voor het gebouw op slot is gezet is de eerste alweer gespot. Met zoveel schoonheid. En bedankt, mompel ik dan, als ik me bedenk dat ik dit wel had kunnen weten. Misschien was de trigger om te gaan studeren niet zozeer voortgekomen uit de matige resultaten van vorig kwartiel, maar meer uit een onderbewust, typisch mannelijke eigenschap. Anyway, nog overtuigd van de Divine Intervention door Odin zelf, begeef ik me naar een vrij plekje tussen de Macbook users, die over het algemeen superfanatiek zijn, waardoor ik niet door ze gestoord zal worden in mijn studiewerkzaamheden. Ik kon er niet meer naast zitten. Nog voordat ik de bijbel van het financieel management open kan slaan, zit er schuin tegenover me weer een. Ook met een Mac, en een kekke designer bril. Zoveel gratie. Ze kijkt me aan, en je ziet haar denken; 'Loop naar de maan'. Sorry dat ik naar je keek hoor, je bent echt gruwelijk lelijk. Maar die gedachte kan gelukkig niet woordelijk geformuleerd worden. Want ik zou liegen.
Na 8 pagina's geef ik het op. Elke keer beweegt er iets in mijn gezichtsveld waardoor ik wel MOET opkijken (typisch mannelijke eigenschap, kan er niets aan doen). Zoveel moois, ik kan er niet meer tegen. Natuurlijk kan de lezer hier zeggen, 'stap er gewoon op af, laffe zak'. Maarja, ik weet dat ze niet lang bij me blijft, dat ze met anderen haar tijd liever verdrijft. Dus ik ben en blijf inderdaad een laffe zak. Die niet eens aan zijn studie toekomt. Het is misschien te makkelijk om die 4,3 toe te schrijven aan het vrouwelijk geslacht. Maar toch.
En zelfs de hoeders van de kerk
Kijken minzaam op haar schoonheid neer
De bisschop zegt: "Dit is God's werk"
Buigt z'n grijze hoofd en dankt de Heer
Nog eens een keer, "Dank U, Meneer"
Clouseau – Daar gaat ze
De introductie voorbij...
Op het moment van schrijven zijn de nulde-jaars omgetoverd tot eerste-jaars. De snelheid waarmee de onschuldige, onwetende, haast naïeve, lieve jongens en meisjes de afgelopen weken nieuwe indrukken hebben opgedaan is van de gezichten af te lezen. Net hamstertjes die voor het eerst de nieuwe kooi te zien krijgen, waar ze de komende 4 jaar mogen verblijven. Want ja, die collegezaal is een stuk groter dan de ruimte waar ze Engels, Wiskunde en Maatschappijleer voorheen kregen. En het tempo ligt ook een stuk hoger. Waar is het gemoedelijke kringetje gebleven om je weekend met je klasgenoten door te nemen? En waarom snap ik er nu al niets van? Dat vertelden ze niet tijdens de intro, dit vertelden die Audentianen niet over wat studeren inhoudt! It's all fun and games, dat studeren, hadden ze lachend verteld, voordat ze je met hun gehaaide guerrilla-tactieken lieten inschrijven, terwijl je net keihard was ingemaakt bij de Bier Estafette, en nog nooit zo bezopen was. Daar was de plaatselijke keet niets bij. Maar je kreeg wel een mooie stropdas van ze. Ze hadden net zo goed handboeien om kunnen doen.
Daar is je wake-up call, op de eerste maandag van je nieuwe leven. Dit stond ook niet in die gelikte foldertjes, met die grappige kronkeltjes en balletjes dwars door de tekst heen. Als eerstejaars ben je compleet aan jezelf overgelaten. 'Zoek het maar uit'. Dat moeten ze printen in die foldertjes van de UT. De vrijheid die je dacht te hebben zodra je ging studeren lijkt een utopie. Absolute vrijheid bestaat niet, zelfs niet in je studententijd. Het juk van het ouderlijk huis is vervangen door de vele (al dan niet vrijblijvende) borrels, de slopende colleges, de zware tentamens en de vele, vele andere verplichtingen die bij studeren komen kijken. Maar het went, en je zal het met de tijd compleet gaan waarderen, trust me. Er is ook veel meer buiten de Universiteit als onderwijsinstituut te doen, maar daar moet jezelf maar achter komen.
Want nu lach ik erom, om die eerste-jaars. Waarschijnlijk zat ik er ook zo bij, 2 jaar terug. Of nee, ik viel in slaap tijdens Finance en Accounting, die eerste maandagochtend kwart voor 9 (!). Ik heb de zogeheten cruciale introductie colleges niet meegekregen. De studieadviseur heb ik nog niet ontmoet, en mijn collegekaart heeft nog steeds geen foto. Mijn lidmaatschap van Audentis was na een week al opgezegd, en de excuses aan mensen die ik heb beledigt tijdens de intro waren gemaakt. Maar dat geeft allemaal niet. Zolang je maar net genoeg punten haalt, een onderzoekende houding aanneemt, en geniet van alle aspecten van het studeren, dan haal je die Master zonder al teveel moeite. Want daarvoor zit je toch eigenlijk op de universiteit.
Al is dat snel vergeten, in die chaos die introductie heet.
vrijdag 6 augustus 2010
'De Zomer Voorbij'
Het afgelopen jaar bracht weer de anarchistische chaos die studenten altijd met zich mee brengen.
En dan heb ik het niet over de HBO studenten die op het Saxion studeren. Die zij braaf. Die wonen nog thuis. De Universiteit is de instelling waar de gemeente niet met en zonder kan. De horeca in de binnenstad floreert. Het aanzien van de stad tegenover het Westen groeit. Investeerders komen, en blijven. Dat daarbij een extra politiemacht bij de Muur ingezet moet worden, dat de continue aanvoer van bier naar de binnenstad het nut van de poortjes aan het begin van de stad teniet doen, en dat de pompende apres-ski muziek de voorstellingen in het MuziekKwartier overstemt hoort er gewoon bij.
Het begin van een nieuw collegejaar lijkt dan ook op een omgekeerde invasie van pakweg 60 jaar geleden. Nu vanuit het Westen. Nietsvermoedende burgers worden opgeschrikt door grote groepen brallende jongeren. Allemaal in matchende polo's. Fietsen worden gejat, moeders houden hun dochters binnen. Maar na de eerste weken is de schrik weer weg. Want het zijn lieve mensen, die studenten. Doen niemand kwaad, en zorgen dat de tap blijft lopen, en daarmee de inkomsten voor Enschede.
Gelukkig is de UT een stad op zichzelf, zodat de binnenstad niet compleet onder de voet gelopen wordt. Menig festival is gehouden op het terrein, maar ook de Batavierenrace of Green Vibrations vinden hier jaarlijks plaats. Beidde zijn ten zeerste aan te raden trouwens, de dingen die ik daar gezien heb... Laat ik het zo zeggen: als je moeder zou weten wat daar gebeurde, dan dacht ze wel 2x na voordat ze je inschrijving goedkeurde. Maar dat is juist de kracht van de stad, en van studeren in het algemeen. Je leert jezelf kennen, je doet dingen die je normaal nooit zou doen. Natuurlijk ga je daar wel eens me op je bek, maar daar kom je zoveel sterker uit. Je leert niet alleen zaken in de collegezaal en uit de boeken, maar evenzoveel daarbuiten. Ook al krijg je daar geen studiepunten voor, het heeft net zoveel waarde. Het is een studie apart.
En daarom is Enschede een echte studentenstad. En niet een studentenstad omdat het moet, zoals Groningen, omdat er daar in de wijde omgeving geen zak te doen is, maar omdat Enschede echt veel te bieden heeft. Ik zou hier in geuren en kleuren mijn persoonlijke ervaringen willen delen, maar dat doe ik niet. Juist omdat Enschede op ieder een andere invloed heeft, mogen jullie, de toekomstige inwoners van deze stad, voor jezelf uitmaken hoe Enschede een invulling kan geven aan de komende jaren die hier zullen worden doorgebracht. Mijn tip: probeer alles, sta open, geniet. Enschede zal je niet teleurstellen, zolang je er maar werk van maakt. En misschien dat we elkaar tegenkomen, in een van de vele kroegen, dan drinken we wat. Welnu, mijn vliegtuig wacht, op naar Ibiza, tot over 2 maanden!
dinsdag 29 juni 2010
'Zara' Een verhaal uit de oude doos, van toen ik nog een snotneus was.
Opeens stond ze daar. Ik stopte met inpakken terwijl ik een fles Pasoa vasthad. De mooiste meid die ik destijds ooit had gezien. Haar lange bruine krullen vielen sierlijk over de rug van haar Jumbo-outfit. Ik schatte haar op een jaar of 16. Op haar naambordje stond: ‘Zara’. Ik was compleet verliefd, maar wist me te vermannen. Met al mijn moed sprak ik haar aan, met een geoefend zinnetje, die al 1000den keren door mijn hoofd was gegaan; ‘Is het hier heet, of ligt het aan jou?’. Het klonk zoveel beter in mijn hoofd. Tot mijn stomme verbazing moest ze lachen, en we raakten aan de praat.
Met een volle tas liepen ik en mijn partner in crime richting de uitgang. Met een triomfantelijk gezicht riep ik ‘Het is gelukt! Het is gelukt!’. Dat had ik beter niet kunnen doen. 2 grote sterke handen pakten ons bij de schouders. ‘Komen jullie maar hier, mannetjes. Ik had meteen door dat jullie nog geen 16 waren’. Het was de supermarktmanager. Een kale dikke man met een bezweet voorhoofd. Ik draaide me om, en keek hem recht aan. Ik hield een papiertje voor zijn ogen met daarop een 06-nummer. ‘Dit is gelukt, fatso. Het telefoonnummer van die dame daar’. Ik wees naar Zara, en knipoogde naar haar. We draaiden ons resoluut om, en renden naar buiten.
Eenmaal buiten zou mijn leven nooit meer hetzelfde zijn.
[Review Show] 36 Crazyfists, Unearth & Atreyu
Met een klik sprong het slot van mijn fiets open. Ik zet af met mijn voet, en een zwoel zomerbriesje waait langs mijn gezicht, terwijl ik zachtjes trappend me richting Atak begeef. Nog elke dag ben ik dankbaar dat ik zo dicht bij de stad, en dus Atak, woon. Na nog geen 300 meter zet ik mijn geliefde fiets vast aan het hek, en waan me door de menigte. Blij met mijn nieuwe zonnebril met verdonkerde glazen, zodat ik stiekem de mooie metal-dames kan inspecteren. Het kan door het broeierige weer komen, maar de combinatie van een slank lichaam met mooie tatoeages en een goede muzieksmaak maakt me wild. Dit belooft nog wat voor vanavond.
Aan de kassa bedank ik stilletjes het lieve meisje van de Plato, als het kaartje dankzij de +1 op de gastenlijst onder het raampje door geschoven wordt. Tot nu toe zit alles mee vanavond, hopelijk spelen de bands in dit verlengde. Ik loop naar binnen, bestel een Coronaatje, en wacht geduldig op het begin van de show.
Heerlijke circle pit bij de eerste band, 36 Crazyfists. Een goed begin, ware het niet dat de zaal maar voor de helft gevuld is. Desondanks staan hier diehard fans, die weten hoe er gemoshed moet worden. Dat de muziek daar lang niet altijd even geschikt voor is deert ze niet. Afgezien van een paar strakke breakdowns is Crazyfists weinig boeiend. Vooral de vocals laten het vaak afweten. De stem is meer geschikt voor studio werk, dan voor een zaal. Overigens complimenten voor het drumwerk. Zelfs nu de drummer menig coffeeshop bezocht heeft tijdens zijn verblijf hier in de lage landen, aldus de zanger, zijn de ritmes netjes en snel uitgevoerd. Strakke double pedal moves op goed getimede momenten. Dankzij deze kunsten en het goede gitaarwerk is dit optreden een enigszins oké warm makertje voor het publiek. Niet slecht, maar ik verwacht toch wat beters, zeker op deze nu al perfecte voorzomeravond.
De zaal is gelukkig wat meer gevuld als de crew van Unearth loopt te soundchecken. Ze zouden er goed aan doen om wat muzikaler personeel aan de gitaren te laten zitten, want de test riedeltjes waren behoorlijk kut. Ook al heb ik niets betaald voor de entree, maar je verwacht goeie muziek. Ook tussen shows in. Maar nu loop ik te zeiken. Want fok de tyfus! Die show is goed! Met een geniale intro van Europe's The Final Countdown ramde deze gasten het publiek weg. Een muur van heftige metal wist je vanaf de eerste noot te boeien. De breakdowns waren simpelweg subliem. En de gasten waren gestoord. Waarom spelen op het podium als je ook de merch tafel kan gebruiken om het publiek te vermaken. Dat daarbij een paar biertjes sneuvelden maakt niets uit. Ook het feit dat iemand een groepje minderjarige emo's gebruikt als landing voor een magistrale stage dive is geniaal te noemen. Who cares dat je een paar botten, al dan niet van jezelf, breekt. Deze show is geweldig, en dat is aan alles te zien. Van deze mannen komt er een CD in mijn collectie. Heerlijk. Metal zoals metal bedoeld is. Opzwepend, hard en slopend.
Met trillende handen van opwinding na de afgelopen 45 minuten steek ik een sigaret aan. Dit zijn de momenten waar het om gaat. Een onbekende band zien spelen, en omver geblazen worden door de rauwheid en kracht van de muziek. Entertainment pur sang. Het enige nadeel dat hier aan kleeft, is dat Atreyu als headliner hier overheen moet zien te komen. Dat doet me denken aan de begindagen van AC/DC, waarbij de nagenoeg onbekende band als voorprogramma een hardere en betere show weggaf dan de hoofdact.
Mijn voorgevoelens werden helaas bevestigd. Ondanks mijn nog jonge jeugdsentiment voor de band, prikt mijn objectieve razende reporter blik door de show heen. Toegegeven, het begin was erg sterk met Bleeding Mascara, maar de clean vocals van de drummer waren echt waardeloos. Niet omdat hij zijn dag niet had, maar vanwege het feit dat de overdaad aan geluid van de instrumenten de vocals compleet overstemde. Ook de frontman had last om over het geluidsgeweld heen te komen. Her en der kwam het geluid er goed doorheen, maar het was te laat. Het beschuldigende vingertje kan naar de eigen meegebrachte geluidsman worden gericht, maar misschien meer naar de gebrekkige geluidsinstallaties van Atak. Ook bij 36 Crazyfists kwamen de clean vocals lang niet altijd goed naar voren, iets waar de beide bands het enigszins van moeten hebben.
Gelukkig was de show verre van verpest. De 3(!) meegebrachte base drums zorgden voor een aardbeving aan geluid. Niemand in de zaal kon ontsnappen aan het stompende ritme van de drummer. Geweldig. Uiteraard complementeerde het gitaarwerk de rest van de band, en dat weten de gitaristen maar al te goed. Staand op een speaker produceren ze lekkere solo’s waardoor er een glimlach op mijn gezicht verschijnt. ‘All is not lost’, denk ik, als ik de laatste slok van het Duveltje achterover tik. Toch bekruipen gemengde gevoelens mij als ik door de klapdeuren de zaal verlaat. Het ingestudeerde met de hals zwaaien van de gitaren als ze naast elkaar staan vind ik behoorlijk gay. Ook het ellenlange gelul van zowel drummer als zanger over het verkeerd uitspreken van laatstgenoemde achternaam gaat helemaal nergens over. Maak gewoon goede muziek, en houdt je bakkes.
Al met al was het Unearth die de meeste indruk op me achterlaat. 36CF maakt me niet warm of koud, maar de fans genoten er wel van, en daar draait het uiteindelijk om. Atreyu was jammer, mijn hoge verwachtingen konden ze niet waarmaken. Al kan ik ze nu wel van het lijstje schrappen van bands die ik moet zien. Het jeugdsentiment zet zich voort bij het draaien van de CD’s. Live hoeft het voor mij niet meer.
En hoe het is afgelopen met de knappe metal-dames?
Dat, mijn lieve lezers, is een verhaal voor later..
maandag 14 juni 2010
[Review Show] Kudra Mata & Lamb of God, 10 juni in Metropool, Hengelo
Kudra Mata is natuurlijk bekend van het legendarische optreden in Zwolle, ten tijde van het bevrijdingsfestival 2007. De bezetting is sindsdien aangepast want de huidige drummer Tim Kuper heeft de plek ingenomen van Mart, en dat heeft goed uitgepakt. Met alle respect voor de drumkwaliteiten van Mart natuurlijk, hij heeft toch zijn stempel op de unieke sound van Kudra Mata gedrukt. Maar met de huidige leden merk je dat de band een stuk volwassener is geworden. De shows klinken strakker dan voorheen, en met de nieuwe nummers is het duidelijk dat deze kerels klaar zijn voor de volgende stap. Het wachten is op de nieuwe EP, en met deze show zijn ze hopelijk verzekerd van een breder publiek.
Maar op deze warme voorzomer-avond was de stage natuurlijk voor de mannen van Lamb of God, de zogeheten Amerikaanse 'pure-metal' band uit Richmond, Virginia. Kenmerk van deze bebaarde mannen is het strakke, technische gitaarwerk en gevatte teksten, en de eindeloze, energieke tournees over onze aardbol. 5 jaar nadat de band tekende bij het label Epic Records zijn ze er nog steeds, een gegeven dat in deze industrie noemenswaardig genoemd mag worden. En met de komst van het laatste album 'Wrath' is 15 jaar ervaring verwerkt tot misschien wel de meest energieke CD van de 5-koppige band. Kudra Mata heeft als voorprogramma veel overeenkomsten met Lamb of God en is bij deze band van formaat de enige juiste keuze. De metal-liefhebbers uit het hele land verwachte met deze line-up moddervette gitaarriffs, dreunende baspartijen, ruige vocals en zwetende dikke mannen in de pit. En zelfs dat laatste was ruimschoots aanwezig.
Het begon goed toen Kudra Mata het podium betrad. De zaal was al flink vol met de Lamb of God aanhangers uit het hele land, en er waren ook veel bekende gezichten uit het oosten te zien. Sowieso heeft Kudra Mata een vaste aanhang hier in de regio, en dat lijkt zich per show uit te breiden. De sfeer kwam er vanaf het 2e nummer goed in, toen ook de mensen die onbekend waren met de band zagen met hoeveel energie de mannen hun instrumenten bespeelden. Dat werkte aanstekelijk, want al snel gingen de vuisten van het publiek te lucht in. Kudra Mata speelden als vanouds. Energiek, strak en retesnel. En met de enkele nieuwe nummers die ze ten gehore brachten is het duidelijk dat Kudra Mata meer wil, en zeker ook kan.
Nadat de zaal lekker warm gespeeld was, brak het moment van de waarheid aan. Na een snel sigaretje en een nieuw, vers getapt biertje kwam het doek waarvoor de vorige band had gespeeld naar beneden. Het vertoonde een muur van versterkers met in het midden een uitsparing voor het drumstel van de heerschende Chris Adler. Na de gebruikelijke 'it's great to be here' begonnen de mannen aan datgene waar ze goed in zijn: snoeiharde metal maken. En hoe. De loopjes in het gitaarwerk waren niet met het blote oog bij te houden, en het oogde moeiteloos. Wat een helden. En Adler is niet voor niets geroemd om zijn drumwerk. Zijn ritmes waren overduidelijk de ruggengraat van het optreden en de fill'ins waren perfect. Ook de onuitputtelijke vaart van de show in het algemeen was noemenswaardig te noemen. Dik een uur lang ramden de band de strakste metal door de, overigens ontzettend goede, geluidsinstallatie van de Metropool. Zelfs na jaren lang getoured te hebben, bleken de leden nog steeds over het uithoudingsvermogen van een marathonloper te beschikken. Respect. En natuurlijk mag de zang niet vergeten worden. Met zijn unieke throat zorgde Randy voor het laatste radartje in het geheel. En dit complete uurwerk tikte 130 keer per minuut. \\m//
zondag 6 juni 2010
Lady Gaga Sletjes en Justin Bieber Douchebags...
Laten we beginnen bij de bovenkant. Daar waar cultuur leven krijgt, in een vorm gegoten wordt, en aan de massa wordt gegeven om opgesnoven te worden. De grote bazen. Bedrijven als EMI, SONY, Universal, Viacom en Disney. Organisaties met macht, veel macht. En dat is kut.
Ik zal u vertellen waarom.
Men neme TMF, een popmuziekkanaal dat, net zoals de zender MTV, eigendom is van MTV Networks International. Deze organisatie valt weer onder Viacom, dat als moederbedrijf ook eigenaar is van Nickelodeon, VH1, en van filmmaatschappijen zoals Dreamworks SKG en Paramount Pictures. Grote kans dus, mocht u de TV aanzetten, dat er iets vertoond wordt waarbij Viacom een grote vinger in de pap heeft gehad. En laat de bestuursvoorzitter van Viacom, Sumner Redstone, tevens eigenaar van de CBS Corporation, een preferent aandelenpakket hebben van 71%. Natuurlijk geeft dit hem niet de absolute macht in de organisatie, maar het stemrecht wat samenhangt met dit aanzienlijke aandeel kan het bedrijf wel een specifieke richting oplaten gaan.
Deze man bepaalt met zijn organisatie de muziek, de films en al het andere entertainment waar we zogenaamd verzot op zijn. Onze jeugd kijkt naar het eindproduct van deze mediamagnaat. Onze jeugd groeit op met zijn ideeën. En dat terwijl elke ouder zijn kind een objectieve en brede kijk op de wereld wil meegeven, toch? Blijkbaar niet. Blijkbaar leven we in een maatschappij waarbij we de opvoeding overlaten aan mensen die we niet kennen, mensen die in een ander land leven, mensen zoals Sumner Redstone. Een maatschappij waarbij ouders hun kinderen voor de TV zetten om ze rustig te houden. Een maatschappij waar de TV een te grote rol speelt. En de combinatie van een overdaad aan TV, met de monopolieposities van de mediaconglomeraten zorgt voor de verpesting van de hedendaagse cultuur. Kinderen die alleen bekend zijn met popmuziek, die sprookjes alleen maar kennen van de animatiefilms van Disney, die films kijken met steeds hetzelfde Hollywoodmoraal. Hoelang moet het nog duren voordat elk stukje cultuur wordt bepaald door een select groepje bobo's?
Gelukkig is er ook een deel van de bevolking die nog wel over een kritische blik beschikt. Gelukkig zijn er mensen die wel in staat zijn om voor zichzelf te denken, en voor zichzelf te bepalen wat ze mooie muziek vinden. Er bestaat nog een Hof van Eden, waar de muziek eerlijk is, en rauw. Waarin films nog gemaakt worden met een beperkt budget, waar het gaat om een goed verhaal in plaats van grafische pracht en praal. Waar creativiteit geldt.
En creativiteit is een van de grootste krachten van de mensheid. Creatief zijn zonder dat het je wordt opgelegd door iemand van boven. Wees origineel, en de cultuur vormt zich vanzelf.
– Ruben van Adrichem
"Until they become conscious they will never rebel, and until after they have rebelled they cannot become conscious."
- George Orwell, 1984, Book 1, Chapter 7
dinsdag 25 mei 2010
Waarom studenten studeren...
De buschauffeur kijkt me een beetje nerveus en angstig aan. 'Nou vooruit, voor deze keer mag je mee, maar zorg ervoor dat je je OV-chipkaart zo snel mogelijk in orde maakt'. Met de triomfantelijke gedachte dat mijn 'niet-met-mij-fucken-face' heeft gewerkt loop ik door het gangpad naar een vrije plek in de bus. Net op het moment dat Angus Young een heerlijke solo met mij wil delen, word ik op mijn schouder getikt. Ik haal het oordopje uit mijn oor, draai me om, en kijk rechtstreeks in de mooiste groene ogen ooit. Het is Anna, net 21 en geboren in Haarlem. Weliswaar zit ze op het HBO, maar verder is er niets op haar aan te merken. Of ik nog een kater aan het feest van gisteren heb overgehouden, is haar vraag. Ik leg haar uit dat als je studeert, je geen katers kan hebben. 'Je leek gisteren anders behoorlijk ver heen nadat je de bier-estafette had gewonnen.' zegt ze. Terwijl ik haar vertel dat ze zelf anders ook niet helemaal recht meer kon lopen pakt ze lachend haar I-phone tevoorschijn. 'Vanavond bij de Kater afspreken?' vraagt ze met een glimlach waar geen enkele gezonde jongeman nee tegen durft te zeggen. 'Prima idee' knik ik instemmend als ik haar mijn nummer geef.
Met een sis springen de deuren van de bus open, en maak ik een sprongetje naar de stoep. Terwijl de buschauffeur nog even omkijkt, geef ik hem het universeel bekende handgebaar, naar Anna zwaai ik vriendelijk, en loop fluitend richting de Spiegel. De dag is goed begonnen.
In de Spiegel is het een drukte van jewelste. Overal waar je kijkt lopen 1e-jaars studenten. Ik vraag me af of ik er ook zo bijliep toen ik begon met de studie. Kan het me bijna niet voorstellen. Middelbare school all over. Tassen hoog in de nek, als jonge honden achter elkaar aan rennen, groepsvorming, veel touchy-feely, gegiegel, en natuurlijk de eenzame nerd met zijn bruine boterhammetje met kaas, gesmeerd door mama. Mijn college begint nog niet, dus besluit ik naast hem te zitten, want ik herken me in die jongen. Anton is zijn naam. Net begonnen aan Gezondheidswetenschappen. Op de vraag waarom hij voor die studie heeft gekozen is zijn antwoord even verbazend als logisch, hij zit er voor de dames. Ja, het is duidelijk, die Anton komt er wel.
Na een niet eens zo heel slecht college gevolgd te hebben merk ik dat ik overdreven vrolijk ben vandaag. Ik huppel een klein beetje, de hengsels van mijn tas heb ik angstvallig strak vast, waardoor die dichter bij mij nek zit dan normaal, en ik moet me inhouden om niet bij iemand op de rug te springen. Misschien ligt het aan Anna, bedenk ik me, terwijl ik me haast om de bus terug te pakken naar de stad. Van de chauffeuse mag ik opvallend snel een plekje zoeken.
Het is die avond nauwelijks afgekoeld, heerlijk terras-weer. Als ik om me heen kijk op het terras van de Kater zie ik haar zitten. Ze glimlacht naar me, en ik word een beetje zenuwachtig. Opeens moet ik denken aan Anton, de eenzame nerd...
Ja, ik was precies zo.
[Review Show] The Opposites
Harde Bazen in Atak.
In de Saxionzaal, waar het illustere duo zijn kunsten mocht vertonen, was de opkomst gemiddeld te noemen. Het is dan ook een tijd geleden dat The Opposites scoorden met de hit 'Broodje Bakpao'. Wil dit zeggen dat deze snack dan alweer is afgekoeld? Zeker niet. Als het aan de kleine Antilliaan en zijn lange Nederlandse vriend ligt, zijn ze de komende jaren niet weg te slaan van het podium. Ondanks Willie's nieuwe carrière als TMF-VJ en de solo-projecten waar de heren net de laatste hand aan hebben gelegd zijn ze here-to-stay. Met een show waar de energie van af spatte, lieten ze zien dat ze hun fans niet vergeten zijn. Met een razend enthousiasme zweepten ze het toegestroomde publiek op, waarbij de teksten van de rappers door nagenoeg het hele publiek werd meegezongen.
Met hits als 'Broodje Bakpao' en 'Sjonnie en Anita' wist het duo keer op keer de zaal mee te krijgen. Inclusief het typerende dansje 'as-seen-on-tv' van de New Kids. Het mag ook als een wonder beschouwd worden dat het publiek geen gehoorschade heeft opgelopen; de bas was zelfs met oordopjes tot in je DNA te voelen. Niet dat dit ten nadele kwam van de show, het geeft goed weer hoe intens het optreden was. Ook nadat de kleine Polderneger en de lange Kaasboer het podium verlaten hadden, bleef het enthousiasme onder het publiek groot. De show werd onder de gasten omschreven als persoonlijk en energiek, al was het aan de korte kant (60 minuten). Vooral de energie die de rappers overdroegen aan het publiek werd gewaardeerd.
Als je het publiek mag geloven was het een zeer geslaagde show. voor iemand die normaal van scheurende gitaren houdt, was dit een zeer aangename verrassing.
Waarom docenten laks zijn in het nakijken van tentamens...
''...bestudeer dus voor volgende week woe..''
De docent kon zijn zin niet afmaken. 200 studenten stonden resoluut op, pakten hun spullen in en begonnen meteen te kletsen met elkaar. Het deerde de docent ook niet. Met het mooie weer buiten wilde hij zelf liever ook naar buiten om zijn boterhammetjes op te eten. Lekker in het zonnetje zitten, misschien ziet hij 'haar' weer. Onlangs was er een nieuwe psychologie docente aangenomen. Al wist hij haar naam nog niet, ze waren elkaar af en toe tegen gekomen in de wandelgangen. En elke keer in het voorbijgaan, terwijl ze een lok haar met een hand achter haar oor deed, glimlachte ze verlegen naar hem. En elke keer sloeg het hart van de docent over wanneer dit gebeurde.
''Is dit misschien de reden waarom ik de laatste tijd niet meer zo gefocust ben?'' mijmerde de docent terwijl hij zijn powerpointpresentatie afsloot. Hij stond alleen in de collegezaal. Geen over-fanatieke student deze keer die wou laten zien hoe goed hij het college had gevolgd en gesnapt.
Maar beter ook. Al zijn aandacht was nodig om de 185 tentamens na te kijken die nog in zijn tas zaten. Het was inmiddels al 2 weken geleden dat het tentamen was afgenomen, en de eerste studenten zaten hem al op de lip. Hij had inmiddels zijn 2e waarschuwing van de rector magnificus gekregen over zijn laksheid met het nakijken van de tentamens. Hij klikte zijn versleten tas dicht, en liep de trappen op naar boven. Hij checkte zijn saldo op zijn chipknip en ging in de rij van de kantine staan voor een verlept kopje koffie. Opeens stond ze daar...
“Hai..'' stamelde de docent. ''Hallo..'' zei de docente verlegen naar de grond kijkend. ''Euuhm.. Mag ik.. eeuh.. wil je.. nouja..''. De docent kon niet uit zijn woorden komen. ''Ja, je mag me een kopje koffie aanbieden'' zei de psychologie docente. ''Als dat is wat je bedoelde natuurlijk..'' ''Natuurlijk, ja, dat was het zeker..'' De docent vermande zich, en rekende met een gepaste trots de koffie af. Samen liepen ze naar buiten, om in het zonnetje elkaar beter te leren kennen. Het ging verbazingwekkend soepel merkte de docent. Natuurlijk vertelden ze over het werk op de universiteit, en over de studenten, over het weer, over ditjes en datjes. De docent was helemaal in de wolken, alles was goed. De dagen erna spraken ze elkaar geregeld onder het genot van vele kopjes koffie. De docent was steeds minder zenuwachtig, en ook de gesprekken werden persoonlijker.
De dagen werden weken, en de roze wolk waar de docent op zweefde werd alsmaar groter. Hij was inmiddels al een paar keer bij haar thuis geweest, en ze hadden voor elkaar gekookt, en romantische films gekeken. Op een avond was er iets teveel wijn genuttigd en de docente vroeg aan de docent of hij wilde blijven slapen. Hij twijfelde even, want ze waren wel collega's. Maar hij kon ook niet weigeren. De laatste keer dat hij bij iemand mocht slapen was tijdens zijn studententijd nota bene.
De volgende dag werd de docent docent wakker naast haar. Met een glimlach op zijn gezicht liep hij naar de keuken om een ontbijtje voor ze te maken. Opeens stootte hij zijn teen tegen een lomp groot ding. Zijn tas sprong open, en de docent slaakte een kreet. In zijn tas lagen 185 tentamens.
Met een bonkend hart opende de docent zijn mail, en zijn ergste zorg werd werkelijkheid.
231 nieuwe mailtjes, allemaal met hetzelfde onderwerp. De meest recente was van de rector.
Waarom je je studententijd moet koesteren...
'Zucht.. dit schiet ook voor geen meter op!', denkt Wim als hij in een rij met zijn iets te dikke, verveelde collega's staat te wachten op de verlepte soep van de dag. Stukje bij beetje schuifelt de polonaise langs gekoelde vitrines met fruit dat net iets te oud is, melk die doet denken aan die gore schoolmelk van vroeger en de gesneden boterhammetjes waarbij zelfs Aldi-broden voedzamer lijken. Met een vinger maakt Wim zijn stropdas wat losser. Zelfs aan airconditioning is niet gedacht in dit trieste gebouw. Voor hem staat een man die nodig een nieuwe blouse kan gebruiken. Natte plekken worden zienderogend groter onder zijn oksels. Vergezelt door een penetrante geur schuifelt het gezelschap centimeter voor centimeter dichter bij de verlepte caissière die klaarblijkelijk de zin van het leven 30 jaar geleden heeft opgegeven.
Het is maar goed dat er een bordje bij de grote soep-van-de-dag-pan staat. Zonder aanwijzing kan niemand vertellen dat dit papje (waar menig heks trots op zou zijn) erwtensoep moet voorstellen, en dus pakt Wim snel een klef wit broodje met een 3 uur oude kroket. Bij de kassa legt hij ook nog snel een pakje sinaasappelsap bij zijn bord. Niet omdat hij gezond wil doen, maar omdat het broodje met normaal kauwen niet weg te krijgen is.
Eenmaal uit de rij propt Wim het broodje kroket in zijn mond, kauwen is toch nutteloos, en spoelt het weg met een paar flinke slokken sinaasappelsap. Als hij door de schuifdeuren naar buiten loopt voor een sigaret, ziet hij niemand staan. Maar beter ook. Wim houdt niet zo van mensen. Dat was vroeger wel anders, in zijn studententijd. Met de sigaret op zijn lip, neemt hij zijn eerste hijs en kijkt een beetje schuin naar boven. Zijn gedachten dwalen weemoedig af naar betere tijden.
Naar de vier jaren vol vrouwen, bier, vermaak, en zonder enige vorm van autoriteit. Naar de tijd die hij doorbracht met zijn studievrienden. Tijd die hij toen gewoon nog had. Waar het niet uitmaakte dat je een uurtje college verzaakte omdat je bed, net zoals die knappe eerstejaars naast je, nog zo lekker warm was. Zou hij nu eens moeten proberen. Zowel je baas als je vrouw boos.
Dan schiet het pijnlijke feit Wim door zijn hoofd. Hij moet nog 32 jaar, eer je een fractie van het plezier van je studententijd over mag doen in je pensioen. Hij draait zich om, en verdwijnt door de schuifdeuren van het betonnen monster.
Hoe een student zich liggend staande houdt...
Met een slaperig hoofd smijt ik mijn fiets in de stalling voor de Spiegel en zet hem op slot. Voor de ingang heeft zich weer een menigte van onze vriendelijke oosterburen verzameld. Met een paar 'entschuldigungs' lukt het me om de ingang te bereiken.
'Wil je een flesje water?' 'Of een pen?' klinkt het uit de mond van een knappe eerstejaars studente als ik door de schuifdeuren loop. Ik draai me om en neem met een glimlach het flesje water in ontvangst. Toch lekker als je niet met een droge bek en een opkomende kater college moet volgen. Zoals altijd was er gister weer een slecht excuus verzonnen om je helemaal vol te laten lopen op het zoveelste nietszeggende huisfeest. Maar zolang de dames er wild, jong, lekker en gewillig zijn, heb je reden genoeg om elke keer te blijven komen.
Of ik me wil inschrijven voor een of andere workshop vervolgt ze. Ik schrik wakker uit mijn dagdroom. 'Wat heb ik daar aan?' vraag ik. 'Staat ontzettend goed op je CV, en je hebt er wat aan in de loop van je carrière' is haar antwoord. Ik kijk haar een beetje moeilijk aan en loop verder. 'Toch bedankt voor het water!' roep ik als ik naar de collegezaal loop.
'Hee jij! Woensdag feest in de Aspen, je bent er toch wel bij?' zegt een vaag bekend figuur in een groene polo als hij een flyer in mijn hand drukt. 'Natuurlijk, zonder mij geen feest' zeg ik met een glimlach als ik zie dat het zoveelste 'pimp en hoeren' feest schreeuwend word gepromoot op de flyer. Ik stop hem in mijn tas bij de rest van de gratis pennen, flesjes water, pepermuntjes en de UT-nieuws van 2 weken geleden, als ik denk aan de liters bier en veels te schaars geklede bar-dansende dames die eerder regel dan uitzondering zijn op zulke feesten.
Tot mijn verbazing is de deur van de collegezaal nog steeds op slot. Ook zijn er in geen velden of wegen jaargenoten te zien. Volgens Blackboard is de docent ziek. 'Lekker dan, hadden ze ook wel even eerder kunnen melden, het is verdomme toch niet het HBO' denk ik, als ik naar de Stresskamer loop om een bakje koffie te halen. Maar nee, niet vandaag. Het apparaat is kapot. En om nou 1,80 te betalen voor een kopje 'koffie' bij de dames van de kantine, waarvan hun leeftijd evenredig loopt met hun humeur, daar bedank ik vriendelijk voor.
Ik merk dat mijn gemoedstoestand met de minuut achteruitgaat, totdat ik me iets bedenk.
Annabel! Ze kon gister niet van me afblijven. Zwarte gaten in mijn geheugen worden langzamerhand ingevuld met herinneringen van de avond ervoor. 18 jaar, uit een of ander kutdorp in Brabant, maar met een heerlijk figuur.
Ik haal mijn fiets van het slot, fiets in tegengestelde richting van de stroom 1stejaars naar mijn studentenhuis, loop door de voordeur, trap op, kamer in, gooi mijn tas in de hoek, en kruip lekker mijn bed in.
Een slaperige zacht zwoele stem, met een licht Brabants accent beveelt me mijn kleren uit te doen.
Studeren, de tijd van je leven? Zeker weten!